Tussenvoertuigen in het Belgische mobiliteitsbudget: alles begrijpen over de categorieën L6e en L7e

Het mobiliteitsbudget voor bedrijven kent een sterke groei in België, vooral nu het vanaf 2026 geleidelijk verplicht wordt (of zou worden). Voor bedrijven die het mobiliteitsbudget willen invoeren en voor medewerkers die hun woon-werkverkeer willen optimaliseren, is het essentieel om te begrijpen welke voertuigen gefinancierd kunnen worden. Vandaag focussen we op een nog weinig bekende maar veelbelovende categorie: tussenvoertuigen, ook wel gemotoriseerde vierwielers genoemd.

Het Belgische mobiliteitsbudget: herinnering aan het wettelijk kader

Voordat we in de details duiken, even een kort overzicht van hoe het mobiliteitsbudget in België werkt. Dit systeem, ingevoerd in 2019 en versterkt door de wet van 25 november 2021 over de fiscale en sociale vergroening van mobiliteit, stelt werknemers die recht hebben op een bedrijfswagen in staat om deze in te ruilen voor een flexibel jaarbudget.

De drie pijlers van het mobiliteitsbudget

Het systeem steunt op drie pijlers die medewerkers naar eigen inzicht kunnen combineren:

Pijler 1 – Milieuvriendelijke bedrijfswagen
De werknemer kan kiezen voor een minder vervuilend voertuig. Let op: vanaf 1 januari 2026 worden enkel 100% elektrische auto’s (zonder CO2-uitstoot) aanvaard in deze pijler. Deze maatregel maakt deel uit van het intern mobiliteitsbeleid dat gericht is op het verminderen van de CO2-voetafdruk van bedrijfswagens.

Pijler 2 – Duurzaam vervoer en huisvestingskosten
Dit is dé pijler van duurzame bedrijfsmobiliteit bij uitstek. Hij omvat een breed scala aan oplossingen: openbaar vervoer, bedrijfsfiets, elektrische steps, carpoolen, gedeelde mobiliteit, en zelfs een deel van de huur of hypotheek onder bepaalde voorwaarden (woning gelegen binnen een straal van 10 km van de werkplek of telewerk voor minstens 60% van de tijd). De werkgever is verplicht om minstens één optie aan te bieden binnen deze pijler.

Pijler 3 – Saldo uitbetaald in cash
Het niet-gebruikte bedrag kan omgezet worden in cash, maar is onderworpen aan een speciale bijdrage van 38,07%, wat het fiscaal minder aantrekkelijk maakt.

Bedragen en voorwaarden

Voor 2025 wordt het mobiliteitsbudget begrensd door een minimum van €3.164 en een maximum van €16.875 per jaar, zonder meer dan 20% van het totale brutoloon van de werknemer te mogen bedragen. Dit budget wordt berekend op basis van de TCO (Total Cost of Ownership) van de ingeleverde bedrijfswagen of waarop de werknemer recht heeft.

Wat is een tussenvoertuig?

Tussenvoertuigen vertegenwoordigen een nieuwe generatie stedelijke mobiliteitsoplossingen, gepositioneerd tussen gemotoriseerde tweewielers en traditionele auto’s. Het zijn gemotoriseerde vierwielers die zich profileren als een slim alternatief voor actieve bedrijfsmobiliteit, bijzonder geschikt voor stedelijke en voorstedelijke verplaatsingen.

Deze voertuigen trekken steeds meer bedrijven aan in het kader van een bedrijfsverplaatsingsplan of strategie voor duurzaam wagenparkbeheer. Ze bieden verschillende voordelen: compactheid, lage gebruikskosten, aanzienlijke vermindering van de CO2-voetafdruk, en grote wendbaarheid in stedelijke omgevingen.

De Europese categorieën: de L-classificatie begrijpen

Op Europees niveau classificeert de regelgeving lichte gemotoriseerde voertuigen in verschillende categorieën aangeduid met de letter L, gevolgd door een cijfer en een bijkomende letter. Deze classificatie, gedefinieerd door Verordening (EU) nr. 168/2013, bepaalt de technische kenmerken, veiligheidsnormen en gebruiksvoorwaarden van deze voertuigen.

L1e: Bromfietsen met twee wielen

Dit zijn klassieke bromfietsen, beperkt tot maximaal 45 km/u, met een cilinderinhoud van maximaal 50 cc³ voor verbrandingsmotoren of een maximaal vermogen van 4 kW voor elektrische motoren. Ze vereisen het AM-rijbewijs in België.

L2e: Gemotoriseerde driewielers met lage snelheid

Driewielige voertuigen, eveneens beperkt tot 45 km/u en met dezelfde technische kenmerken als L1e. Ze worden vaak gebruikt voor nutsdoeleinden in stedelijke gebieden.

L3e: Motorfietsen met twee wielen

Deze categorie omvat motorfietsen van meer dan 50 cc³ of die meer dan 45 km/u halen. Ze worden onderverdeeld in subcategorieën (L3e-A1, L3e-A2, L3e-A3) volgens het vermogen en vereisen een A- of A2-rijbewijs.

L4e: Motorfietsen met zijspan

Variant van L3e uitgerust met een zijspan, die tot vier personen kan vervoeren.

L5e: Gemotoriseerde driewielers

Driewielige voertuigen met een massa in rijklare toestand van maximaal 1.000 kg. Ze worden onderverdeeld in:

  • L5e-A: bestemd voor personenvervoer (tot 5 zitplaatsen)
  • L5e-B: ontworpen voor nutsdoeleinden (goederenvervoer)

L6e: Lichte gemotoriseerde vierwielers

Dit zijn de lichtste vierwielige voertuigen in de classificatie. Hun belangrijkste kenmerken:

  • Maximumsnelheid beperkt tot 45 km/u
  • Maximaal ledig gewicht van 425 kg
  • Maximaal vermogen van 4 kW (ongeveer 5,5 pk)
  • Cilinderinhoud beperkt tot 50 cc³ voor verbrandingsmotoren

Ze worden onderverdeeld in:

  • L6e-A: lichte wegquads
  • L6e-B: lichte quadrimobielen (waaronder L6e-BP voor personenvervoer en L6e-BU voor nutsdoeleinden)

In België vereisen deze voertuigen het AM-rijbewijs, behalve voor personen geboren vóór 15 februari 1961. Ze dragen een kentekenplaat die begint met de letter S.

L7e: Zware gemotoriseerde vierwielers

Dit is de categorie die ons bijzonder interesseert voor het mobiliteitsbudget. L7e zijn vierwielers met superieure prestaties:

  • Maximumsnelheid tot 90 km/u
  • Maximaal ledig gewicht van 450 kg (personenvervoer) of 600 kg (goederenvervoer)
  • Maximaal vermogen van 15 kW (ongeveer 20 pk)

Deze categorie omvat verschillende subcategorieën:

  • L7e-A: zware wegquads (voor maximaal 2 personen)
  • L7e-B: zware terreinquads
  • L7e-C: zware quadrimobielen, onderverdeeld in L7e-CP (personenvervoer) en L7e-CU (goederenvervoer)

Om een L7e in België te besturen, is het B-rijbewijs verplicht. Dit zijn voertuigen die perfect geschikt zijn voor stedelijk en voorstedelijk gebruik, die bescherming en comfort bieden terwijl ze compact en economisch blijven.

Tussenvoertuigen in pijler 2: interpretatie van de regelgeving

Nu we het kader hebben geschetst, is de cruciale vraag voor bedrijven en medewerkers: welke tussenvoertuigen kunnen gefinancierd worden via het mobiliteitsbudget?

Het wettelijk kader: circulaire 2022/C/20

Circulaire 2022/C/20 van 15 februari 2022 betreffende de fiscale vergroening van mobiliteit brengt belangrijke verduidelijkingen aan. In sectie 5.1 geeft ze aan dat vanaf 1 januari 2022 een nieuwe subcategorie van elektrische verplaatsingstoestellen is toegevoegd aan pijler 2 in de categorie “zachte mobiliteit”:

“gemotoriseerde driewielers en vierwielers, zoals gedefinieerd in het algemeen reglement betreffende de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg, met dien verstande dat deze alleen in aanmerking komen wanneer ze elektrisch worden aangedreven en ontworpen zijn voor personenvervoer en, wat vierwielers betreft, uitgerust zijn met een gesloten cabine.”

Deze formulering is essentieel omdat ze drie cumulatieve voorwaarden stelt opdat een vierwieler gefinancierd kan worden via het mobiliteitsbudget:

  1. Elektrische aandrijving: het voertuig moet elektrisch zijn (deze eis zal uitgebreid worden tot alle gemotoriseerde voertuigen van pijler 2 vanaf 1 januari 2026)
  2. Personenvervoer: het voertuig moet ontworpen zijn om personen te vervoeren
  3. Gesloten cabine: voor vierwielers is een gesloten cabine vereist

Definitie uit het Belgische Wegverkeersreglement

Het Belgische Wegverkeersreglement (artikel R311-1) definieert de gemotoriseerde vierwieler als:

“elk motorvoertuig met vier wielen dat niet beantwoordt aan de definitie van het gemotoriseerd verplaatsingstoestel of de bromfiets, waarvan de massa in rijklare toestand niet meer dan 450 kg of 600 kg bedraagt voor voertuigen bestemd voor goederenvervoer, waarbij deze massa zonder batterijen wordt verstaan voor elektrische voertuigen.”

Onze interpretatie: welke categorieën komen in aanmerking?

Op basis van deze teksten, hier is mijn analyse als adviesbureau voor bedrijfsmobiliteit:

Elektrische L7e met gesloten cabine komen in aanmerking
Deze voertuigen voldoen aan alle voorwaarden: ze zijn elektrisch, ontworpen voor personenvervoer (subcategorieën L7e-A en L7e-CP), en beschikken over een gesloten cabine. Hun maximumgewicht (450 kg exclusief batterij voor personenvervoer) ligt onder de grens vastgelegd door het Wegverkeersreglement (450 kg of 600 kg afhankelijk van het gebruik).

Elektrische L6e met gesloten cabine zouden ook in aanmerking moeten komen
Hoewel de circulaire voornamelijk gericht is op “gemotoriseerde vierwielers” in brede zin, respecteren elektrische L6e-B uitgerust met een gesloten cabine (zoals L6e-BP bestemd voor personenvervoer) de drie vermelde voorwaarden. Hun ledig gewicht van maximaal 425 kg blijft binnen de wettelijke grenzen.

Elektrische driewielers (L5e) met gesloten cabine komen in aanmerking
De circulaire vermeldt expliciet “gemotoriseerde driewielers en vierwielers”. Elektrische L5e-A driewielers (personenvervoer) uitgerust met een gesloten cabine vallen dus binnen het toepassingsgebied.

Voertuigen zonder gesloten cabine komen niet in aanmerking
Deze voorwaarde sluit in feite open quads uit, zelfs elektrische, evenals voertuigen van het type “buggy” of open versies van bepaalde modellen.

Praktijkvoorbeeld: de Microlino in het mobiliteitsbudget

Om ons betoog concreet te illustreren, nemen we het voorbeeld van de Microlino, deze charmante elektrische vierwieler geïnspireerd op de Isetta uit de jaren ’50, die veel interesse wekt in België.

Technische kenmerken van de Microlino

De Microlino bestaat in twee versies:

Microlino L7e (standaardversie)

  • Categorie: L7e
  • Vermogen: 12,5 kW (ongeveer 17 pk)
  • Maximumsnelheid: 90 km/u
  • Ledig gewicht: tussen 496 kg en 530 kg afhankelijk van de batterij (maar exclusief batterij respecteert het voertuig de limieten)
  • Beschikbare batterijen: 6 kWh, 10,5 kWh of 14 kWh
  • Actieradius: van 91 km tot 230 km afhankelijk van de batterij
  • Zitplaatsen: 2 personen
  • Cabine: volledig gesloten met zelfdragende carrosserie in staal en aluminium
  • Prijs: vanaf €17.990

Microlino Lite L6e

  • Categorie: L6e
  • Vermogen: 4 kW (ongeveer 5,5 pk)
  • Maximumsnelheid: 45 km/u
  • Ledig gewicht: minder dan 350 kg (exclusief batterij)
  • Aangekondigde actieradius: 100 tot 180 km
  • Vereist rijbewijs: AM (of geen rijbewijs voor personen geboren vóór 15 februari 1961)

Geschiktheid voor het mobiliteitsbudget

De Microlino L7e komt in aanmerking voor pijler 2 van het mobiliteitsbudget. Ze voldoet aan alle voorwaarden:

  • ✅ 100% elektrische aandrijving
  • ✅ Ontworpen voor personenvervoer (2 zitplaatsen)
  • ✅ Volledig gesloten cabine met robuuste structuur
  • ✅ L7e-categorie conform de regelgeving

De Microlino Lite L6e zou ook in aanmerking moeten komen, om dezelfde redenen, hoewel haar snelheid beperkt tot 45 km/u en verminderd vermogen haar geschikt maken voor beperkter gebruik.

Voordelen voor bedrijf en medewerker

Het integreren van een Microlino in een mobiliteitsbudget voor bedrijven biedt verschillende voordelen:

Voor de medewerker:

  • Oplossing 100% vrijgesteld van sociale bijdragen en belastingen (pijler 2)
  • Ludiek en sympathiek voertuig dat opvalt
  • Zeer lage gebruikskosten (elektrisch opladen)
  • Gemakkelijk parkeren in de stad (neemt een derde van een normale parkeerplaats in)
  • Voordelen van het mobiliteitsbudget volledig benut

Voor het bedrijf:

  • Bijdrage aan vermindering van de CO2-voetafdruk van het bedrijf
  • Innovatief en geëngageerd imago op het vlak van duurzame bedrijfsmobiliteit
  • Beheerste TCO-kosten (geen taksen in Vlaanderen, minimumtarieven in Wallonië en Brussel)
  • Bewustmakingstool voor zachte mobiliteit bij de teams
  • Onderscheidende mobiliteitsoplossingen voor werknemers

De alternatieven: andere tussenvoertuigen op de markt

De Microlino is niet het enige tussenvoertuig beschikbaar in België. Andere opties verdienen verkenning in het kader van uw strategie voor duurzaam wagenparkbeheer:

Kilow La Bagnole (L6e en L7e) – De Franse favoriet!

Dit is waarschijnlijk een van de meest originele en aantrekkelijke tussenvoertuigen op de markt, ook al blijft het nog te weinig bekend. La Bagnole wordt geproduceerd in Haute-Savoie, in Thyez, door het merk Kilow van Groupe Savoy, gespecialiseerd in sobere en ecologische elektrische mobiliteitsobjecten.

Design en filosofie
La Bagnole breekt met de conventies van moderne auto’s met haar mini-buggy-uiterlijk dat doet denken aan zowel de originele Jeep Willis als de Citroën Méhari. Haar minimalistische en ludieke design laat niemand onverschillig. Met slechts 2,82 m lang en 39 cm bodemvrijheid is ze even comfortabel in de stad als op landwegen.

Technische kenmerken
La Bagnole bestaat in twee versies conform de Europese categorieën:

L6e-versie (zonder rijbewijs of AM-rijbewijs vanaf 14 jaar)

  • Maximumsnelheid: 45 km/u
  • Vermogen: 6 kW nominaal (tot 15 kW piek)
  • Batterij: 6 kWh
  • Actieradius: ongeveer 70 km
  • Gewicht: ongeveer 350-400 kg (afhankelijk van opties)
  • Prijs: vanaf €10.800 (€9.900 met ecologische bonus afgetrokken)

L7e-versie (B-rijbewijs vereist)

  • Maximumsnelheid: 80 km/u
  • Vermogen: 15 kW (20 pk)
  • Batterij: 12 kWh (twee modules)
  • Actieradius: ongeveer 135 km
  • Prijs: vanaf €13.690 (€12.790 met bonus afgetrokken)

Unieke troeven
Wat La Bagnole bijzonder interessant maakt voor het mobiliteitsbudget voor bedrijven:

  • Franse productie: 100% geproduceerd in Haute-Savoie met 80% van de onderdelen vervaardigd in Europa
  • Gesloten cabine: geschikt voor pijler 2 van het mobiliteitsbudget (deuren en dak beschikbaar als opties)
  • Repareerbare batterijen: belangrijke innovatie ontwikkeld met een Parijse startup, batterijen kunnen geopend worden en cellen kunnen vervangen worden, wat een bijna oneindige levensduur biedt
  • Extreme modulariteit: met of zonder deuren, met of zonder dak, keuze uit kleuren en zeefdrukken, 650 liter laadruimte achteraan aanpasbaar (gekoelde, beveiligde, gecompartimenteerde cel…)
  • Laadvermogen: 150 kg laadvermogen ondanks haar vederlicht gewicht
  • Low-tech filosofie: geen overbodige gadgets, interieur met massief houten dashboard, minimalistische meter – het essentiële voor verantwoorde mobiliteit
  • Ludiek: 0 tot 45 km/u in 4 seconden, rijsensaties dichtbij een kart

Veelzijdig gebruik
La Bagnole laat je boodschappen doen, een surftrip of mountainbiketocht organiseren, klanten bevoorraden of naar je velden gaan. Ze is geschikt voor zowel particulieren als professionals (stedelijke leveringen, technische diensten, onderhoud…).

Het minpunt
Zoals elke nieuwe fabrikant heeft Kilow vertragingen gekend bij de homologatie. Nu gehomologeerd en in productie, blijven de levertijden ongeveer 12 maanden wegens de grote vraag en nog beperkte productiecapaciteit. Maar voor zo’n uniek voertuig, geproduceerd in Frankrijk met zoveel aandacht voor duurzaamheid, kan het wachten de moeite waard zijn!

Geschiktheid voor mobiliteitsbudget
Beide versies van La Bagnole (L6e en L7e) komen in aanmerking voor pijler 2 van het mobiliteitsbudget, op voorwaarde dat je kiest voor de gesloten cabine (deuren + dak). Het is een bijzonder interessante optie voor bedrijven die Franse lokale productie willen ondersteunen terwijl ze hun medewerkers een origineel voertuig aanbieden.

Citroën Ami (L6e)

  • Aantrekkelijke prijs (vanaf €7.990)
  • Snelheid beperkt tot 45 km/u
  • Gesloten cabine
  • Zeer compact (2,41 m lang)
  • Bewezen commercieel succes in België
  • Breed distributienetwerk

Renault Twizy

  • Pionier van het segment (gelanceerd in 2012)
  • Let op: basisversie half-open, dus niet geschikt (volledige deurenversie zou nodig zijn)
  • L7e-categorie in hoogvermogensversie
  • Productie stopgezet in 2023

Silence S04 (L7e)

  • Spaanse 100% elektrische vierwieler
  • Gesloten cabine
  • Praktische verwisselbare batterij
  • Ideaal voor stedelijke vloten

Andere modellen om in de gaten te houden

De markt voor tussenvoertuigen is in volle expansie. Veel fabrikanten ontwikkelen momenteel modellen die in aanmerking zouden kunnen komen voor het mobiliteitsbudget. Houd de aankondigingen van nieuwe elektrische L6e en L7e met gesloten cabine in de gaten, met name van Franse fabrikanten die inzetten op lokale productie.

Mobiliteitsbudget en tussenvoertuigen: een winnende combinatie voor Brussel en België

Het integreren van tussenvoertuigen in het mobiliteitsbudget voor bedrijven vertegenwoordigt een aanzienlijke kans voor Belgische bedrijven, met name die in stedelijke gebieden zoals Brussel, Antwerpen, Gent of Luik.

Waarom is deze combinatie winnend?

Antwoord op uitdagingen van stedelijke mobiliteit
Belgische steden worden geconfronteerd met groeiende uitdagingen: congestie, vervuiling, gebrek aan parkeerplaatsen. Tussenvoertuigen bieden een passend antwoord op deze problemen door de voordelen van de auto (bescherming, comfort) en die van tweewielers (compactheid, wendbaarheid) te combineren.

Ondersteuning van de vergroening van wagenparken
Met de geleidelijke verplichting om over te schakelen op voertuigen met nul-emissies, vormen elektrische tussenvoertuigen een slimme overgangsoplossing, vooral voor korte ritten die het merendeel van de professionele verplaatsingen vertegenwoordigen.

Kostenoptimalisatie voor bedrijven
De TCO van tussenvoertuigen ligt aanzienlijk lager dan die van traditionele auto’s. Gecombineerd met de fiscale voordelen van pijler 2 (volledige vrijstelling) vertegenwoordigt dit een substantiële besparing voor bedrijven.

Aantrekkelijkheid voor talent
Het aanbieden van innovatieve mobiliteitsopties zoals tussenvoertuigen kan een onderscheidend argument worden bij het werven en behouden van talent, met name bij jongere generaties die gevoelig zijn voor milieukwesties.

Bedrijfsmobiliteitsoplossingen Brussel: bijzonder gunstig terrein

Brussel en zijn regio vertonen ideale kenmerken voor de uitrol van bedrijfsmobiliteitsoplossingen gebaseerd op tussenvoertuigen:

  • Hoge stedelijke dichtheid
  • Relatief korte afstanden (meeste ritten zijn minder dan 10 km)
  • Proactief beleid ter bevordering van duurzame mobiliteit
  • Steeds striktere lage-emissiezone (LEZ)
  • Aanzienlijke ontwikkeling van laadinfrastructuur voor bedrijven

Mobiliteitsbudget 2026: wat gaat er veranderen

Vanaf 1 januari 2026 zullen verschillende belangrijke ontwikkelingen het gebruik van tussenvoertuigen in het mobiliteitsbudget beïnvloeden:

Algemene verplichting voor werkgevers (nog niet bevestigd)

Elk bedrijf dat bedrijfswagens toekent of van plan is toe te kennen, moet verplicht het mobiliteitsbudget aanbieden aan alle in aanmerking komende medewerkers. Deze maatregel zal de adoptie van het systeem aanzienlijk versnellen en nieuwe kansen creëren voor mobiliteitsoplossingen voor werknemers.

Aanscherping van milieunormen

  • In pijler 1 worden alleen 100% elektrische auto’s aanvaard
  • In pijler 2 moeten alle gemotoriseerde voertuigen (inclusief zachte mobiliteit) elektrisch zijn
  • Deze evolutie versterkt de aantrekkelijkheid van elektrische tussenvoertuigen zoals de Microlino nog meer

Administratieve vereenvoudiging

De overheid werkt aan het vereenvoudigen van procedures voor het invoeren van het mobiliteitsbudget. De toegangsvoorwaarden zouden versoepeld moeten worden, waardoor het systeem toegankelijk wordt voor meer bedrijven, inclusief KMO’s.

Bedrijfsfiets vs bedrijfswagen: waar passen tussenvoertuigen in?

Het debat tussen bedrijfsfiets vs bedrijfswagen is welbekend. Tussenvoertuigen positioneren zich als een interessant compromis:

Voordelen ten opzichte van de fiets:

  • Bescherming tegen weersinvloeden
  • Mogelijkheid om een passagier te vervoeren
  • Superieure actieradius en snelheid
  • Verhoogd comfort
  • Geschikt voor langere afstanden (tot 20-30 km)

Voordelen ten opzichte van de auto:

  • Verminderde voetafdruk (gemakkelijk parkeren)
  • Zeer lage gebruikskosten
  • Minimale CO2-voetafdruk
  • Wendbaarheid in de stad
  • Innovatief en ecologisch imago

Tussenvoertuigen kunnen dus een actieve bedrijfsmobiliteit aanbod aanvullen door behoeften te dekken die noch de fiets, noch de traditionele auto optimaal kunnen vervullen.

Naar een MaaS voor Belgische bedrijven met integratie van tussenvoertuigen

De toekomst van bedrijfsmobiliteit in België gaat waarschijnlijk via een MaaS (Mobility as a Service) benadering die verschillende vervoersoplossingen integreert, inclusief tussenvoertuigen.

Wat is MaaS?

MaaS bestaat uit het aanbieden van geïntegreerde en flexibele toegang tot verschillende vervoerswijzen via één enkel platform. Voor bedrijven betekent dit dat medewerkers een “mobiliteitsrekening” krijgen waarmee ze verschillende oplossingen kunnen combineren volgens hun behoeften:

  • Elektrische bedrijfswagen voor lange afstanden
  • Tussenvoertuig voor dagelijkse stedelijke ritten
  • Openbaar vervoer voor bepaalde verplaatsingen
  • Bedrijfsfiets voor korte afstanden
  • Gedeeld wagenparkbedrijf als aanvulling

Tussenvoertuigen in een MaaS-strategie

Elektrische vierwielers zoals de Microlino vinden natuurlijk hun plaats in een MaaS-aanbod:

  • Ze kunnen ter beschikking gesteld worden in een gedeeld wagenpark voor bedrijven
  • Ze zijn gemakkelijk reserveerbaar via een app
  • Hun lage kosten maken het mogelijk om meerdere eenheden aan te bieden
  • Ze beantwoorden aan specifieke behoeften (stedelijke ritten voor 2 personen)

Praktische tips voor de keuze van een tussenvoertuig

Als u overweegt om tussenvoertuigen te integreren in uw mobiliteitsbudget voor bedrijven, hier enkele selectiecriteria:

Technische criteria

  • Echte actieradius: geef de voorkeur aan een actieradius van minstens 100 km in echt gebruik
  • Oplaadtijd: verifieer de compatibiliteit met uw infrastructuur
  • Gesloten cabine: essentieel voor geschiktheid voor het mobiliteitsbudget
  • Categorie: L7e voor meer veelzijdigheid (90 km/u) of L6e voor korte ritten (45 km/u)
  • Aantal zitplaatsen: minimum 2 zitplaatsen als u een passagier wilt vervoeren

Praktische criteria

  • Beschikbaarheid: sommige modellen hebben aanzienlijke levertijden
  • Distributienetwerk: geef de voorkeur aan merken met een netwerk in België
  • After-sales service: cruciaal voor het onderhoud van een wagenpark
  • TCO-kosten: analyseer de totale kosten (aankoop, verzekering, onderhoud, energie)

Juridische criteria

  • Homologatie: verifieer dat het voertuig correct gehomologeerd is als L6e of L7e
  • Elektrische aandrijving: verplicht voor het mobiliteitsbudget vanaf 2026
  • Verzekering: vergelijk specifieke aanbiedingen voor vierwielers

Tot slot: een kans om te grijpen

Tussenvoertuigen, en met name elektrische vierwielers in de categorieën L6e en L7e met gesloten cabine, vormen een optie om serieus te overwegen binnen het mobiliteitsbudget voor bedrijven in België.

Hun geschiktheid voor pijler 2, gecombineerd met hun talrijke voordelen (compactheid, lage kosten, duurzaamheid), maken ze tot bijzonder relevante mobiliteitsoplossingen voor werknemers, vooral in stedelijke gebieden. Modellen zoals de Microlino en La Bagnole tonen aan dat het mogelijk is om rijplezier, innovatie en milieuverantwoordelijkheid te combineren.

Voor CEO’s, CFO’s, HR-managers en facility managers die het mobiliteitsbudget willen invoeren of hun bedrijfsverplaatsingsplan willen verrijken, vertegenwoordigen tussenvoertuigen een extra puzzelstukje in de puzzel van moderne, flexibele en duurzame bedrijfsmobiliteit.

De geleidelijke verplichting van het mobiliteitsbudget vanaf 2026, in combinatie met de onvermijdelijke vergroening van wagenparken, maakt dit het ideale moment om deze nieuwe vormen van mobiliteit te verkennen. Als corporate mobility consultant kan ik u alleen maar aanmoedigen om deze denkoefening op te nemen in uw brede strategie voor duurzame bedrijfs­mobiliteit.

Aarzel niet om contact op te nemen met NextMobility voor persoonlijk advies rond duurzame mobiliteit en ontdek hoe u uw interne mobiliteitsbeleid kunt optimaliseren door deze innovatieve voertuigen te integreren.

Artikel geschreven door Next Mobility, uw partner voor duurzame bedrijfs­mobiliteit in België. Wij begeleiden Belgische bedrijven bij de implementatie van hun mobiliteitsoplossingen in Brussel en in het hele land, met gespecialiseerde expertise in mobiliteitsbudget, elektrificatie van wagenparken en laadinfrastructuur voor bedrijven.